Home Maine Coon Katers Poezen Kittens Herplaatsing Informatie Linken Contact Uitkruisen van de Devon Rex Koester het oude, omarm het nieuweUitkruisen van de Devon Rex; een noodzaak. Een introductie voor ervaren Devon Rex fokkers
U weet vast: het begin van het
Devon Rex ras was een kater genaamd Kirlee, maar hoe werd het “ras”
uitgebreid na zijn eerste nestjes? Jazeker, door middel van uitkruisen!! Hij was
uniek, er was geen tweede Devon Rex te vinden. Kijk
naar elke willekeurige DRX-stamboom op de Pawpeds-database (klik: foundation) en
u zult zien dat er VEEL verschillende rassen zijn gebruikt voor het uitbreiden
van het DRX-ras: de Abessijn, Amerikaanse Korthaar, Asian, Balinees, Britse
korthaar, Burmees, Burmilla, Cornish Rex, Exotic, Pers, Russisch Blauw, Siamees,
Somali, Sphynx en de gewone huiskat.(xsh). Dit kan
verklaren waarom er zoveel verschillende Devon Rex “typen” zijn: langere
hoofden, bredere hoofden en bijvoorbeeld hoger-en-lager aangezette oren.
Variatie en verandering van type komt sowieso binnen elk ras voor, maar ook is
het veroozaakt door de keuzes die fokkers hebben gemaakt. Het verklaart zeer
zeker waarom sommige Devons het langhaargen dragen en helaas hoe sommige
erfelijke ziekten (zoals bijvoorbeeld PKD) het ras ingeglipt zijn. Binnen
de Devon Rex vindt u de grootst mogelijke kleurvariaties en tabbypatronen, ook weer door
middel van uitkruisen. Elke tabbypatroon, van ticked tot gemarmerd, alle points
van Siamees, Tonkinees tot Burmees’points, elke kleur die maar mogelijk is bij
een kat: van effen zwart, via chocolate & cinnamon tot aan apricot, golden,
rood, creme en wit. Dit alles met of zonder zilver en wit. Anything goes. Dit is gedeeltelijk theorie, omdat vachtkleuren soms heel
moeilijk te determineren zijn in een Devon Rex-vacht en niet alle kleuren (zoals
bijvoorbeel apricot of golden) als dusdanig herkent worden.
Ook zijn alle denkbare oogkleuren te vinden bij de Devon Rex.
Waarom
moeten we verdergaan met uitkruisen? Goede vraag. Inteeltzwakte: Verlies van
vitaliteit, veroorzaakt door de homozygositeit (lees: gelijksoortigheid) van een
steeds groter aantal allellen. Paringen tussen verwante katten, generatie op
generatie, vergroot de waarschijnlijkheid dat nakomelingen keer op keer
identieke allellen vererven. Dit kan resulteren in een dier met een kleinere
allel-variëteit. Dit leidt er op zijn beurt weer toe, dat het immuunsysteem
minder effectief wordt. Katten kunnen alleen antilichamen aanmaken met de
allellen die ze hebben. Hoe kleiner het aantal verschillende allellen, hoe
kleiner het aantal antilichamen dat kan worden aangemaakt. De mogelijkheden van
een dier om antilichamen aan te maken, wordt drastisch gereduceerd als het zijn
genetische diversiteit verliest. In andere woorden: het heeft een kleine
genetische variëteit. Er kan een grotere vatbaarheid voor ziekte zijn, met
daaraan gekoppeld een langere hersteltijd. Kittens kunnen kleiner zijn, groeien
slecht of worden dood geboren. Ook kan de mogelijkheid tot voortplanting beperkt
zijn. Wat kunnen we doen voor de gen-poel?Ik zou zeggen, bewandel de gulden
middenweg en introduceer regelmatig nieuwe
katten/rassen in de Devon Rex populatie. Probeer rassen te vermijden die
momenteel worstelen met sterke gezondheidsproblemen en kruis nazaten altijd
terug met goed getypeerde Devon Rexen. Dit zal de gen-poel altijd verversen en
nieuwe vitaliteit geven, zonder dat er een groot risico voor verlies van type
zal volgen. Denk echter ook aan de volgende logica: om gezonde, lieve nazaten te
krijgen is het een voorwaarde dat de ouders ruim voorzien zijn van deze
eigenschappen. Andere belangrijke eigenschappen om in overweging te nemen zijn:
vacht, lichaamgrootte en lichaamscompositie. Enkele voorbeelden: Devons uit
uitkruisprogamma’s verliezen vaak de brede borstkas die gewenst is voor een
Devon en als een Devon uitgekruist zou worden met grote rassen, zoals Noorse
boskat of Maine Coon, zouden de kittens veel te groot worden voor een Devon Rex.
Dit los van het feit dat de moederpoezen waarschijnlijk grote moeite zouden
krijgen met het werpen van de kittens. Het zou
geweldig zijn als alle DRX-fokkers ongeveer 25% van hun nesten, uitkruisnesten
zouden kunnen maken.
voetnoot1 Ervaren uitkruisfokkers zouden zelfs kunnen overwegen om een verparing van een F1’s (1e generatie-gladhaar Devons) met een goed getypeerde F2 (krulhaar) te plannen( 50% kans op krulkittens). Of, wat gewaagder, 2 F1’s met elkaar verparen en hopen op krulkittens (25% kans). Als dit lukt, kunnen ook de inteeltpercentages flink dalen. Attentie! Deze
laatst genoemde voorstellen zijn zeker niet te adviseren voor nieuwe fokkers.
Een fokker moet goed bekend zijn met de details van de rasstandaard; er een
“Fingerspitzengefühl” voor hebben om goede inschattingen omtrent de nazaten
te kunnen maken. Het zou triest zijn als alle goed bedoelde inspanningen teloor
gaan door demotivatie omdat er geen geschikte kittens geboren worden of omdat er
ongeschikte kittens voor de fok worden ingezet. Het risico op slecht type is
veel groter dan bij F1xDRX of F2 x DRX-verparingen. Hoe pak ik het aan? Allereerst; vraag bij uw vereniging bij de afdeling stamboek na, wat hun regels omtrent uitkruisen zijn. Niet alle verenigingen staan het hoe en de regels over welke rassen gebruikt mogen worden, verschillen van vereniging tot vereniging en van land tot land. Noot: in Nederland staan de Fife-verenigingen Felikat & Mundikat uitkruisen toe en de onafhankelijke vereniging NRKV. In de USA staan bijvoorbeeld de meeste clubs alleen de American Shorthair toe. In het Verenigd Koninkrijk wordt de Burmees en de Britse Korthaar toegestaan en vaak gebruikt, maar de huiskat niet. Fife-verenigingen (met vertakkingen in Europa, Zuid Amerika en Zuid Oost Azië) hebben een open oor voor elk goed beargumenteerd voorstel. Verander van vereniging als de uwe u niet toestaat om uit te kruisen. Zoek vervolgens contact met ervaren uitkruisfokkers om ideeën uit te wisselen. Samenwerking, in vertrouwen, is hoe dan ook de pilaar waarop succesvol fokken is gebaseerd en een noodzaak: in ons eentje kunnen we geen substantiële bijdrage voor het ras leveren. Zeker, er is minder zekerheid over de uitkomst van het type bij een een uitkruisverparing, dan bij een gewone DRXxDRX-verparing. Maar de beloning van het geboren zien worden van krulkittens, hen zien opgroeien én tot het ras worden toegelaten, is uniek! Denk wel bij voorbaat na over hoe u een goed thuis vindt voor uw gladhaarkittens. Nee, u kunt niet dezelfde prijs voor hen vragen als voor krulkittens, maar het vinden van een goede eigenaar/kitten-match is altijd belonend en de gladhaartjes vertonen vaak dezelfde charme en gekkigheid als de krulkittens en zijn geweldige huisdieren. Kijk of een koper een gladhaar-kitten als metgezel voor een krulkitten wil kopen. Blijf werken aan samenwerking met
medefokkers die u hebt leren vertrouwen, Twee of drie weten meer dan één
en praktische en motivatiesteun is als de lucht die we inademen: zonder die
lucht kunnen we vroegtijdig tot een einde komen. Niemand kan een
uitkruisprogramma in zijn eentje succesvol draaiende houden om een substantiële
bijdrage aan het ras te kunnen leveren. Als u echter niemand kunt vinden om
direct mee samen te werken, probeer dan gewoon aan de slag te gaan. Goed werk
nodigt altijd uit tot meer goed werk. Keuzes
Net zoals in “gewoon” fokken, zijn er altijd vele keuzes te maken. Hier zijn een paar belangrijke onderwerpen op een rij: 1.
gezondheid, 2.
karakter, 3.
type, onder te verdelen in hoofdtype, lichaamstype en last but not least:
vachtstructuur, 4.
vruchtbaarheid en goed moederschap, 5.
bloedgroepen. 6.
kleuren en vachtpatronen. Deze “ingrediënten” kunnen een
nestje maken of breken. Ik stel voor om het ouderpaar te kiezen na keuzes te
hebben gemaakt over deze onderwerpen.. De ene fokker zet Type voorop
en de ander Gezondheid. De keuze is aan u. 1.We weten allemaal dat elk ras
gezondheidsproblmen kan hebben, zo ook de DRX. (Myopathy, Patella Luxatie
bijvoorbeeld ) Vergewis u er van dat uw DRX goed gezond is. Ikzelf laat mijn
fokdieren testen op Patella Luxatie, HCM & PKD (de laatste 2 via echo), omdat deze ziekten in het ras voorkomen en erfelijk zijn.
Felikat eist ook altijd een Felv/Fiv test van minimaal de kater. Attentie:
de DNA-test voor PKD kan een vals negatief geven bij de Devon Rex, omdat
er mogelijkerwijs niet voldoende PKD-genmateriaal in het dier aanwezig is om de
ziektedragers aan te tonen. Meer
informatie over testen op erfelijke ziekten is weer te vinden op de Pawpeds-site,
gezondheidprogramma’s. 2. kies een lief, nieuwsgierig
ouderpaar. Spreekt voor zich dunkt me. 3. natuurlijk is het belangrijk
om altijd fokdieren te gebruiken die zichzelf hierin bewezen hebben of uit
betrouwbare lijnen komen. Ook weer veel navragen. 4. laat de DRX-ouder altijd goed
getypeerd zijn. Zorg er dus voor dat u het
DRX-type goed kent. Ga bijvoorbeeld naar shows met uw Devon Rex en spreek met
keurmeesters, bezoek ervaren fokkers en wissel details over kittenontwikkeling
uit. Een goed getypeerde DRX-ouder geeft ons de grootste kans om het DRX-type
niet onder te laten sneeuwen door het type van het andere ras. Hetzelfde geldt
voor verdere verparingen van DRX x F1 of DRX x F2. Kies altijd het best
getypeerde kitten uit het nest voor verdere fokactiviteiten.Zorg dat u het
DRX-type heel goed kent!! De keuze
van de niet-Devon partner
Lichaamstype
De grootte van het lichaam moet natuurlijk zoveel mogelijk in de buurt
komen van de DRX.
Wat u NIET moet gebruiken is: de Sphynx (of eventueel andere naaktkatten).De genpoel van dit ras is na het ontstaan uitgebreid met behulp van de Devon Rex. In de praktijk bleek het re-gen recessief ten opzichte van het naaktgen. Afstammelingen van deze raskruisingen zijn verder voor de beide rassen ingezet. Er lopen dus Devons met het naaktgen rond en Spynxen met het re-gen. Met als gevolg Sphynxen met (krul)haar en Devon met naakte plekken of geheel naakt. Niet een goed huwelijk dus.
Hoofdtype Het hoofdtype dat de voorkeur heeft
is driehoekig, er is een neusdip aanwezig(niet recht of Romeins), platte schedel
(bovenkant) en oren het liefst niet hoog aangezet en zo groot als mogelijk.Kijk
dus weer of het hoofd van uw DRX aanvulling/verandering behoeft: als de snoet
wat korter mag zijn, kan een Brit uitkomst bieden, is het hoofd te smal; kies
een Exotic of vice versa. Wees altijd voorzichting met puntige snoeten en
ronde schedels in het ras waarmee u uitkruist. Deze blijken moeilijk
corrigeerbaar in nazaten.
Vacht Een
korthaar is uiteraard altijd de eerste keuze. Sommige Devons dragen het
langhaargen en er worden regelmatig, maar niet al te vaak langhaarkittens
geboren. (gelukkig hoeft dit geen probleem te zijn voor kittenkopers, er zijn
hiervoor echt speciale liefhebbers; maakt het diertje nog specialer) De
rasstandaard staat dit echter niet toe. Als u dus
vindt dat een voor handen zijnde Pers of Somali een goede partner is voor uw
Devon Rex is, hoeft de aanwezigheid van het langhaargen in hun kittens u niet
tegen tehouden. Nazaten van langhaar-F1’s kunnen
altijd weer op het langhaargen getest worden om een keuze te maken met
betrekking tot wel/niet voor de fok inzetten.Verder heeft de vacht bij voorkeur
zo weinig mogelijk dekhaar. 5. sluiten de bloedgroepen aan?
Uiteraard
moet elke DRX-fokker weten wat de vermenging van bloedgroepen voor
gevolgen heeft. Zo’n 45/50% van de DRX heeft bloedgroep b en als u het niet
weet, eerst terug naar de schoolbanken! (kijk
onderaan bij Extra Informatie) 6 zijn nieuwe kleuren of meer
uitgesproken patronen uw doel ? Ga uw gang, maar blijf alstublieft denken
aan alle andere belangrijke factoren die hierboven genoemd zijn. Wat er
uiteindelijk ook voor kleuren tevoorschijn komen en uw beoogde kleur zit er niet
bij, wees dan getroost met de gedachte dat er liefhebbers zijn voor elke kleur
en dat u sowieso trots mag zijn op uw inspanningen om het ras op een belangrijke
wijze op een hoger plan te brengen. Criteria voor de
keuze van nazaten
allereerst, wees zeer kritisch met betrekking tot dit onderwerp! Als het uitkruisen met Devon Rexen een gestage verslechtering van het type bewerkstelligt, zullen veel DRX-fokkers gedemotiveerd raken en interesse verliezen. Dat is zeker niet wat we willen. Hoe weet ik welk kitten het best voor
fokdoeleinden uitgekozen kan worden?
Maak allereest aantekeningen bij de geboorte over de vorm van de kop, vorm van de snoet & al dan niet aanwezig zijn van de dip. Wat bij de geboorte aanwezig is/was, komt bijna altijd terug op latere leeftijd. Maak verder nooit uw definitieve keuze voor de leeftijd van 8 of 9 weken, later zelfs als het kan. Het type zal dan ietwat bestendigd zijn.Maak een schema van alle plussen en minnen van uw kittens (hetzij F1 of F2), waarbij u de keuzelijst van hierboven weer in gedachte houdt, voor zover mogelijk uiteraard.F1’s. Probeer door de gladharige vacht heen te kijken/voelen om het hoofdtype te bepalen, kijk naar de oogvorm-en-plaatsing, oorvorm/grootte-en-plaatsing, vorm en lengte van de snoet, vorm van de schedel (rond of plat) en lichaamsvorm.Wees anderzijds weer niet té kritisch want een F1 zal nooit alle typische DRX-kenmerken vertonen; kijk vooruit naar een DRX-partner die de tekortkomingen zal kunnen verbeteren. F2’s hebben meestal een beter
type, maar dit is geen vaststaande regel! F2’s die voor de fok kunnen worden
ingezet, moeten echter in principe echte Devon Rexen zijn die grootdeels
aan de rasstandaard voldoen waarbij misschien 1 of 2 onderdelen minder goed
ontwikkeld zijn (de staart is bijvoorbeeld wat te kort of de dip kan beter
zijn). De vacht moet ook die van een normale Devon Rex zijn, echter die kan bij
een “gewone” DRX ook wel minder
goed zijn. Als u niet tevreden bent
met het type van uw nazaten, verkoop ze dan niet aan andere fokkers tenzij
u een hechte samenwerking hebt met fokkers die op dezelfde lijn zitten. Registratie van F2’s en andere clubregelsIk kan u alleen inzage geven in de regels van mijn vereniging Felikat, een Fife-lid. Alle kittens uit uitkruisverparingen waar toestemming voor is verleend, krijgen een afstammingsbewijs. Dit ziet er net zo uit als een gewone stamboom. De kittens worden geregistreerd in het Riëx, het hulpstamboek.Voor F1’s geldt: er moet toestemming voor fokactiviteiten worden aangevraagd bij de stamboekcommissie, met uitleg van redenen en doelstellingen. F2’s kunnen tot het officiële stamboek toegelaten worden. Na toestemming van de stamboekcommissie, kan een kat (vanaf 3 maanden oud) op show worden uitgebracht in de Controleklasse en door 2 keurmeesters afgemeten worden aan de rasstandaard. Als het kitten wordt goedgekeurd, kan het getekende bewijs met het eventueel eerste afstammingsbewijs (met de vermelding XSH/DRX) worden ingeruild voor een gewone stamboom (met de vermelding DRX). Dit moet worden gedaan door een en ander op te sturen naar de Stamboek secretaris. Nadat dit gebeurd is, is uw F2 ingeschreven in het officiële stamboek en hoeft er geen verdere toestemming voor fokactiviteiten meer te worden aangevraagd. Doe svp navraag bij de stamboekafdeling van uw eigen vereniging. De werkwijze zal in het algemeen grootdeels hetzelfde zijn. Ps. Volgens mijn recente informatie zijn er naast de Fife-verenigingen Felikat & Mundikat ook DRX-uitkruismogelijkheden bij de NRKV Foto-voorbeelden
van enkele katten uit mijn uitkkruisprogramma.
Foto-stamboom van Boonland's Samoen, 2017
Extra
informatie
Voor meer informatie over uitkruisen met de DRX is er veel te vinden op de volgende, Engelstalige Fora:
Over bloedgroepen:
Overig:
PROS
AND CONS OF INBREEDING
voetnoot
1:
Een
laatste woord:
Ik
pretender niet alle kennis in huis in te hebben die nodig is om een succesvol
uitkruisfokker te zijn. Gedreven door de behoefte om ons hartveroverende,
bijzondere ras op een weg van meer veerkracht en vitaliteit te helpen, ben
ik mijn uitkruisprogramma begonnen, gaandeweg veel informatie verzamelend van
ervaren, wijze DRX-(uitkruis)fokkers. Deze brochure
is een poging om hun en mijn verzamelde kennis te bundelen.
Vooruit,
waag de sprong in het diepe en veel geluk gewenst!
Marjan
Boonen
“No
man is an Island “: John Donne (1572-1631)
Veel
dank aan alle medefokkers die mij vertrouwen en helpen.
|
Deze site is voor het laatst bijgewerkt op 08 juli 2023